‘Praten met de patiënten? Ach, da’s een hobby van Eijkman.’
Pus, etter en wortelresten – het was doffe ellende in de monden van de Nederlandse bevolking toen Michiel Eijkman zijn werk bij sociale tandheelkunde aanving. Tegen de stroming in, begon Eijkman aan voorlichtingsprojecten en maakte hij zich hard voor onderwijs in gespreksvoeringstechnieken. Pionierswerk. “Gedragswetenschappen was iets voor geitenwollensokken, en mannen met lange haren. ‘Wij tandartsen’ hadden een klinisch vak, dat was niet vaag.”
Michiel Eijkman werd tandarts uit recalcitrantie. “Mijn familie zat vol medici, het was duidelijk dat ook ik medicijnen zou studeren. Ik ging me inschrijven op de universiteit van Utrecht, en vond een zaal vol balies. In een opwelling, een puberale gril, bedacht ik: Nee. Ik word tandarts. Ik liep naar een andere balie.”